Bloedsomloop

Op deze pagina ga ik wat vertellen over de bloedsomloop bij stokstaartjes. Ook vertel ik wat over het hart van het stokstaartje en de bloedvaten zullen ook aan de beurt komen. Veel lees plezier!

 

Bloedsamenstelling

De bloedsomloop van Stokstaartjes is eigenlijk net als de bloedsomloop van mensen. De belangrijkste reden hiervoor is dat Stokstaartjes zoggdieren zijn. Hierdoor zijn veel dingen hetzelfde als bij de mens. Maar om te weten hoe de bloedsomloop eruitziet, moeten we eigenlijk eerst weten waar het bloed uit bestaat.

Het bloed bij Stokstaartjes bestaat uit twee delen:

- Bloedplasma

- Vaste bestandsdelen

Het bloedplasma bestaat dan weer uit: Water (91%), opgeloste stoffen (2%) en plasma-eiwitten (7%).

De vaste bestandsdelen bestaan dan weer uit: bloedplaatjes, witte bloedcellen en rode bloedcellen.

Hieronder een plaatje met de samenstelling van het bloed.

 

Hieronder ga ik iets dieper in op de functie van rode bloedcellen, witte bloedcellen en bloedplaatjes.

Rode bloedcellen:

Ze lijken op kleine ronde rode schijfjes en hebben geen celkern. Dit is ook niet nodig aangezien rode bloedcellen als belangrijkste functie het vervoer van zuurstof door het lichaam hebben. Ook bevatten rode bloedcellen hemoglobine. Hierdoor krijgt bloed een rode kleur. Dankzij hemoglobine wordt zuurstof gebonden en kan het vervoerd worden door het lichaam.

Witte boedcellen:

Witte bloedcellen hebben wel een kern. Ze hebben geen vaste vorm. Hierdoor kunnen ze door kleine openingen heen. De belangrijste functie van witte bloedcellen is dan ook het bestrijden van ziekteverwerkers. Als een witte bloedcel een ziekteverweker tegen komt vormt hij zich om de ziekteverwekker heen en sluit hem zo in. Hierdoor sterft de ziekteverwekker. Vaak gaat dan ook de witte bloedcel dood.

Bloedplaatjes:

Bloedplaatjes zijn een soort van brokken die door je bloed zwerven. De belangrijste functie van bloedplaatjes is om een wond af te sluiten zodat het bloed er niet ongeremd uit kan stromen.

 

Bloedsomloop

 

Het bloedvatenstelsel van het Stokstaartje bestaat uit het hart en de bloedvaten. Door het hele lichaam van het Stokstaartje lopen bloedvaten. De weg die  het bloed door het lichaam aflegt noemen we de bloedsomloop. De bloedsomloop bestaat uit twee omlopen: de kleine en de grote bloedsomloop. Daar ga ik hieronder iets over vertellen.

Het hart pomt het bloed door het lichaam. Bij de kleine bloedsomloop wordt het bloed van het hart naar de longen gepompt. Van de longen gaat het bloed weer terug naar het hart. Dit noemen we de kleine bloedsomloop omdat het bloed een kleine weg aflegt door het lichaam en het bloed niet zo ver gaat als de grote bloedsomloop. In de kleine bloedsomloop wordt CO2 arm bloed van de organen naar de longen vervoerd waar de CO2 wordt afgegevan aan de lucht en er nieuwe zuurstof in het bloed komt.

Vanuit de kleine bloedsomloop komt het bloed in de linkerhelft van het hart terecht. Hier wordt hett zuurstofrijke bloed gepompt door het hele lichaam naar de organen toe. Vanuit de organen komt het inmiddels weer zuurstofarme bloed terug in in het hart. Hier wordt het bloed gepompt naar de longen en zo gaat de bloedsomloop steeds maar weer door. Deze bloedsomloop noemen we de grote bloedsomloop. In de grote bloesomloop wordt zuurstofrijk bloed naar de organen gebracht. Vanaf de organen gaat het zuurstofarme bloed terug naar het hart. Ook worden er in het bloed afvalstoffen afgegeven aan het bloed.

Per omloop stroomt het bloed van het Stokstaartje twee keer door het hart. Daaron noemen we de bloedsomloop van het Stokstaartje de dubbele bloedsomloop.

 

Het hart

Het hart van het Stokstaartje ligt in de borstholte. Aan de rechterkant gezien vanaf de voorkant van het Stokstaartje.

Het hart is een spier die van binnen hol is. De spier verbruikt net als alle andere spieren zuurstof en voedingsstoffen en geeft CO2 en afvalstoffen af. Natuurlijk moet ook het hart bloed krijgen dus lopen er verschillende bloedvaten over het hart. Voor de aanvoer van zuurstofrijk bloed: de kransslagaders. En voor de afvoer van CO2 en afvalstoffen zijn er de kransaders.


 

In de afbeelding hieronder is een lengte doorsnede van het hart getekend. Het hart bestaat uit de linkerhelft en de rechterhelft. Elke helft bestaat dan weer uit een boezem en een kamer die tegen elkaar aanliggen. De twee helften worden van elkaar gescheiden door de harttussenwand.

Hieronder wordt beschreven hoe het bloed door het hele lichaam gaat.

Het bloed dat van de organen wegstroomt is zuurstofarm en gaat richting het hart. Het bloed komt dan via de onderste of de bovenste holle ader aan bij de rechterboezem. De rechterboezem pompt het bloed door naar de rechterkamer. Vanuit de rechterkamer wordt het bloed naar longslagader gestuurd. Aan het eind van de longslagader komt het bloed terecht in de longblaasjes in de longen. Hier wordt het bloed ververst: De CO2 verdwijnt uit het bloed en er komt nieuw zuurstof in het bloed. Vervolgens stroomt het bloed terug naar het hart door door de longaders. De longaders komen uit in de linkerboezem. Vanuit de linkerboezem wordt het bloed naar de linkerkamer gepompt. De linkerkamer pompt het bloed door de aorta. Via aftakkingen van de aorta gaat het bloed het hele lichaam door. En daarna begint de cyclus weer opnieuw.

 

Hieronder staan alle onderdelen van het hart genumerd. Hopelijk wordt het dan een beetje duidelijker!

1 Longaders                                                                                                                                           

2 Bovenste holle ader                                                                                                                          

3 Rechterboezem                                                                                                                                   

4 Aorta                                                                                                                                                   

5 Longslagader                                                                                                                                      

6 Linkerkamer

7 Longaders

 8 Recherkamer

9 Halvemaanvormige kleppen

10 Rechterhartkleppen

11 Harttussenwand

 

De boezems en de kamer zijn gescheiden door de hartkleppen. Dankzij de hartkleppen stroomt het bloed niet terug naar de boezems. Aan het begin van de longslagaders en van de aorta bevinden zich halvemaanvormig kleppen.Deze kleppen verhinderen dat het bloed terugstroomt in de kamers. Dit moet een Stokstaartje natuurlijk niet hebben!

Hoe werkt het hart?

Als eerste trekken de boezems zich samen op het moment dat deze zijn volgestroomd met bloed. Het samentrekken van de boezems vindt in beide harthelften op hetzelfde moment plaats. Hierdoor stroomt het bloed de kamers in.

Vervolgens trekken, nadat de kamers zijn volgelopen met bloed, de kamers samen.De hartkleppen slaan dicht en verhinderen zo dat het bloed terug stroomt naar de boezems. De halvemaanvormige kleppen worden door de hoge druk open geduwd en het bloed stroomt de slagaders in.

Nu vindt de hartpauze plaats. De boezems en kamers zijn allebij ontspannen zodat ze weer vol kunnen lopen met bloed. Hierna beginnen alle fase's weer opnieuw.